Pughie

Zaanlands Lyceum aan de Westzijde te Zaandam

Ik weet niet waarom hij me nooit eerder was opgevallen want opvallender vent dan die van top tot teen in zwart geklede knul met zijn zware bril, zijn priemende, spottende ogen, zijn steil achterover gekamde stekelige haar, de loeiende pukkels op zijn gezicht en zijn trage gang, had ik nog nooit opgemerkt. Een peterolieboer of gasopnemer zou je denken. Maar hij was een regelrechte sensatie. Hij bleek niet alleen alles te weten van Vestdijk, Claus, Nescio en al onze andere literaire goden, maar hij schreef zelf ook de krankzinnigste gedichten. Pughie.

Foto: Het Zaanlands Lyceum aan de Westzijde te Zaandam.

Orgel van de Vermaning
Het orgel van De Vermaning.

Zonder dat we er iets vanaf wisten, stond hij op de preekstoel in De Vermaning, waar we over het verse zand op de houten vloer naar binnen schuifelden voor de gebruikelijke trimesterafsluiting van het Zaanlands Lyceum. Wat deed die pukkelige postbode daar en waarom staarde hij ons zo met zijn puntige ogen aan? We werden steeds stiller en met ons zweeg ook het orgel. Toen begon hij voor een gedicht voor te lezen over het orgel, dat hij zojuist tot zwijgen had gebracht. Eerst wat hakkelend maar al gauw vloeiend en gepassioneerd tot hij ons helemaal vergeten scheen te zijn, boven onze hoofden zweefde en ons verdoofde met zijn eindeloze gedicht, dat bleef rondzwieren en ons duizelig maakte van opwinding. Na afloop wist niemand van ons hoe lang het gedicht geduurd had. Ik hield het op twintig minuten maar sommigen van ons beweerden dat het zeker twee keer zo lang had geduurd.

 

 

 

 

 

 

De Projectie Lantaarn, jaargangen 7 en 8.

De Projectie Lantaarn, onze schoolkrant, was te dun om het hele gedicht te bevatten. Hij had het trouwens al weggegooid omdat hij het te langdradig vond. Een korter gedicht paste wel in de schoolkrant:

Fuut

Ik ben de dichter van
fuut, fuut mijn droeve kanarie
mijn sijpelend wit droeve kanarie
fuut fuut
Oooh -! Krak – fuut
Oooh -! dood
fuut, fuut, de kanarie
droevig futend als een trekharmonika

Ik ben de dichter
van de geknakte kanarie
van de dode droeve kanarie
die eens huilen kon als
een koude harmonika
fuuuut -!
fuut, fuut.

Hij heette Gerrit Hart en noemde zich Pughie. Waarom heb ik nooit gevraagd. Hij bleef ons trouwens voortdurend verbazen. Wij fietsten de 15 km tussen Zaandam en het Stedelijk Museum geregeld op en neer om ons te vergapen aan Picasso, Appel, Chagall. Maar hij spràk met dat soort woestelingen, zoals Jaap Stellaart, die in een molen aan de Zaan groots en onnavolgbaar schilderde. En hij schreef erover in de schoolkrant: “Je moet iets doen met zo’n ding (gouche). Je moet er niet voor gaan staan met je handen op je rug en zeggen dat is aardig of mooi, maar je moet erin kruipen, met dat ding meedoen.”

 

 

 

 

 


Jaargang 10 en 11 van de Projectie Lantaarn.

We werden vrienden. Samen met Walt Breeuwer, een klasgenoot, gingen we aan de slag met geleende bandrecorders en microfoons om een luisterspel over onze school te maken en we wonnen de derde prijs bij de VPRO-radio. Uit warme vriendschap fietste ik het gruwelijke eind naar Krommenie, waar zijn vader een winkel in haarden en huishoudelijke zaken dreef. Samen bedachten we de meest fantastische kunstzinnige projecten, totdat vader en moeder Hart hem aan het verstand brachten dat zijn schoolwerk belangrijker was dan ons artistiek verbond. Na onze HBS-tijd ging hij naar de Filmacademie en ik in militaire dienst. We dreven steeds verder uit elkaar en zagen elkaar nooit meer. Ik vernam dat hij de film eraan had gegeven omdat zijn vader overleed en hij de winkel in Krommenie moest voortzetten. Pughie als winkelier van de allersaaiste artikelen. Ik durfde hem niet meer aankijken.

Totdat ik – zeker tien, twaalf jaar later – een regiecursus bij de NOS volgde en rondgeleid werd door de fameuze Ambachtschool, waar filmrollen in stukjes werden geknipt en tot documentaires werden samengesteld. “Kijk nou wie we daar hebben!” klonk zijn zangerige Zaanse stem. Zijn puntige ogen keken me geamuseerd aan. Gerrit Hart had achter de montagetafel zijn domein gevonden. En toen ik als kersverse regisseur mijn eerste programma ging maken was Gerrit mijn onvermoeibare cutter. Het was weer als vanouds. Geen fuut fuut dit keer maar wel blaffende honden, krassende kraaien en verre spechten als geluidsachtergrond in onze serie. Zwart was nog steeds zijn favoriete kleur en de fiets zijn vervoermiddel. Weer of geen weer fietste hij van zijn huis in Eemnes naar Bussum en terug.

Gerrit droeg voor een belangrijk deed bij aan het succes van de documentaire serie Englandspiel. En daar heb ik hem uitvoerig voor bedankt. De omroepwereld is hectisch. Sommigen, zoals Gerrit graven zich in met de afwerking van een productie, anderen, zoals ik, zwieren uit voor nieuwe documentaires. We verheugden ons beiden op een nieuwe samenwerking in de nabije toekomst.

Die tijd is nooit gekomen. Toen er nieuw ijzerdraad werd gespannen in de plantsoenen van Eemnes om ongewenst afsnijden te voorkomen, zag Gerrit in het donker die nieuwe draden niet. Hij sloeg met z’n fiets over de kop en kwam ongelukkig ten val. Na een maandenlange coma overleed hij zonder dat we afscheid hebben kunnen nemen.
Gerrit.
Pughie.

7 reacties op “Pughie”

  1. Griete zegt:

    Wat een mooi geschreven ontroerend verhaal Jelte!

    Lieve groet,

    Griete.

  2. Reinout Amons zegt:

    Wat een mooi monument voor een klasgenoot, van wie ik had gehoord dat hij was overleden: Gerrit Hart. Ik heb nog een klassefoto van klas 4B2, gedateerd 4 februari 1958. In het midden Gerrit, met spottende ogen, in het zwart gekleed. Ook op de foto de schrijver van het stukje, Jelte Rep, en Walt Breeuwer die ook wordt genoemd.
    Dank je wel, Jelte!

  3. Gerard zegt:

    Heel leuk om na zoveel jaren nog wat terug te kunnen lezen over mijn te vroeg overleden oudere neef. Door ons leeftijdsverschil was het er nooit van gekomen om hem beter te leren kennen.
    Bedankt voor dit mooie verhaal!

  4. Evelien Hart zegt:

    Wat bijzonder om iets over mijn vader te lezen!
    Heeft u nog meer herinneringen/verhalen over hem?
    En wilt u dan contact met mij opnemen?
    Hartelijk dank!

  5. Jelte Rep zegt:

    Beste Evelien,
    Wat leuk om van je te horen. Ik moet nog ergens een geluidsbandje hebben met het luisterspel dat we maakten voor de VPRO. Dat vind je misschien wel leuk om te horen. Maar dan moet ik het eerst zien te converteren naar hedendaagse audio.
    Hartelijke groet!

  6. Dominique Boer zegt:

    Omdat ik eerst naar Belgie en later naar de VS ben verhuist, ben ik het contact met Gerrit verloren. Wel hoorde ik dat hij jong was overleden, maar niet hoe. Samen met Gerrit pikte ik vaak in Krommeniedijk bij een familielid van hem een roeiboot op waarmee we op de Alkmaardermeer gingen zeilen en roeien. Ons zeil waren twee grote zwarte begrafenisparaplu’s voor het voordewindse varen. Terug roeiden we, met opgevouwen paraplu’s. Gerrit’s lievelingsboek in die tijd was Notities uit het Sousterrain van Dostojevski, dat ik op zijn aandringen ook gelezen had. Op het Zaanlands Lyceum schreef ik samen met Gerrit en Ab van Roeden (uit Westzaan) een protest tegen uitingen van het VVN, de organistie van oud-verzetstrijders die erg anti-PSP waren. Rector Oosterhuis, zelf allesbehalve een vroegere verzetsheld, verplichtte ons om ons protest te matigen. Een paar jaar later vroeg Gerrit mij om mee te doen aan een eindexamen film van de filmacademie. Ik was een van de vier kistdragers in die film, gefilmd aan het Gein in Abcoude, een rol waarvoor geen groot acteertalent vereist was, gelukkig. Jelte, enorm veel dank voor je Gerrit-tekst! Dominique.

  7. Dominique Boer zegt:

    Toegevoegde belevenissen met mijn vriend Gerrit Hart: een boek waar we veel over discussieerden in die tijd was De Schok der Herkenning van Gomperts . We zaten dan in een ruimte achter de winkel van zijn ouders, als ik me goed herinner. In de Noorderhoofdstraat of zoiets. Nogmaals bedankt, Jelte! Groeten, Dominique.

Laat een reactie achter

*
Om te voorkomen dat er veel nep reacties worden geplaatst is deze code verplicht
Anti-Spam Image