Archief ‘vroeger’ categorie

Spoor door Hilversum -1

14 november 2012

Vreemd om als toerist naar je eigen woonplaats te wandelen en er ook nog overdonderd te worden  door allerlei nieuwe ontdekkingen! We volgen het Westerborkpad, in het spoor van de joden die per trein van Amsterdam-Muiderpoort afgevoerd werden naar Westerbork. Hilversum ligt ook op die route.

We zwerven al sinds jaar en dag over de Westerheide, maar het Westerborkpad leidt ons naar Hilversum over een leuk pad, dat we nog nooit  gelopen hebben. Achter de groene bosschages piept een onzichtbare trein. Op deze wandeltocht is de spoorlijn nooit ver weg. Over de Laan 1940-1945 lopen we Hilversum binnen,  voor ons bekend terrein. Links zullen we zo meteen een eerste gedenkteken zien: een steen uit de groeve van Mauthausen. Maar er is niets te zien. Het monumentje is verdwenen. Nee, roepen mijn wandelgenoten, je bent in de war. Het monumentje staat heel ergens anders. Het wandelgidsje geeft hen gelijk. Pagina 69 laat zien dat het monument op de oude begraafplaats ‘Gedenkt te Sterven’ staat, in het oude hart van ons dorp.

Deze steen uit het vernietigingskamp Mauthausen zij de komende generaties een teken. 5 mei 1970.

(meer…)

Munnekeburen

10 oktober 2012

De schelpen van het voetpad breken onder onze wandelschoenen. Het pad lijkt een sluipweggetje langs de losse huizen die hier hardnekkig staan te staan, ondanks de harde wind die de wilgen wiegt en aan de daken trekt. Maar eeuwenlang was dit de hoofdweg vanuit Spanga  naar het noorden, tot aan de dijk van de Tjonger. Bijna evenwijdig aan dit pad loopt de Grindweg, nu een asfaltweg. In Munnekeburen komen de twee  wegen zo dicht bij elkaar dat alleen de kerk met zijn begraafplaats er nog tussen past.

Het kerkje van Munnekeburen.

Wij, mijn broer en ik, lopen hier in de voetsporen van onze overgrootvader Auke Haven, arbeider-boerenknecht, in de hoop iets te voelen van zijn leven, zijn wereld en onze afkomst. Een onzinnig idee. Munnekeburen zwijgt als het graf en afgezien van af en toe een auto over de Grindweg is er geen mens te zien of te horen. Een groepje eenden zorgt voor het enige teken van leven. Het dorp is overhaast verlaten of iedereen zit muisstil binnen. Het hek van de kerk roept krijsend om hulp als we de begraafplaats betreden, maar niemand reageert.

(meer…)

Andermans boeken

3 september 2012

Zwijgende boeken

Zelf kon ze geweldig zwijgen maar haar boeken overtreffen haar glorieus. Ze staan met hun ruggen naar me toe, als gijzelaars wachtend op een nekschot. Pak maar wat je wilt, heeft Kees gezegd. Ik scan de titels maar op iedere rug staat Fred, Fred, Fred. Fred is dood, gecremeerd en terug gebracht tot twee-en-een-halve kilo as.

Nu moet ook haar boekenkast er aan geloven. Het is vooral opera, heel veel opera. Dat was haar passie. Toen het nog kon, vloog ze regelmatig naar New York om er zoveel mogelijk opera’s op te slurpen, meestal meerdere op één dag. Beladen met cd’s keerde ze terug. Hier staan ze, in gelid, plank na plank. Ik laat ze staan. Ik hou niet van opera.

Fred belt op een moment dat ze niet kan bellen. Op zaterdagmiddagen zit ze vastgekoppeld aan een ingewikkelde machine, die haar nieren spoelt. Wij razen over de A9. Toch is het Fred. De commissie moet onmiddellijk bijeen komen, zegt ze, want ze heeft zich af laten koppelen. Ze is voorgoed gestopt met dialyseren. Dat betekent dat ze binnen veertien dagen zal overlijden. (meer…)

Mijn oude leraar

31 juli 2012

Zou ik hem op straat herkend hebben? Natuurlijk. Dit is de man die het op zijn geweten heeft hoe mijn leven is verlopen, wat er van mij geworden is. Hem herken ik uit tienduizenden. Dezelfde zwarte wenkbrauwen, hooguit wat borsteliger. Dezelfde donkere ogen met de lachende zonnetjes erin. Dezelfde verwachtingsvolle blik.
‘Dag meneer Van Houts’, zeg ik.
Met beide handen schudt hij de mijne en zoekt in mijn gezicht naar de blonde jongenskop van vroeger en de bijbehorende naam.
‘Jelle’, glimlacht hij, ‘Jelle Rep.’
Zijn stem is wat zwakker. Niet meer de stem die Elsschot voorlas, en Lucebert, en Bordewijk. De stem die voor ons de schatkamers van de Nederlandse literatuur opende en ons enthousiast meesleepte door dat betoverende luilekkerland.
‘Zeg maar Jan.’
‘O nee’, protesteer ik. ‘Geen sprake van. Dat kan ik niet.’
De leraar, die mij de schoonheid en de kracht van taal heeft laten ervaren en die mij de magische spanning tussen pen en papier heeft laten voelen, is Meneer Van Houts. En niet Jan.

Meneer van Houts, mijn leraar Nederlands.

(meer…)

Help! Een SS’er in huis!

3 maart 2012

Het kettinghuis aan de Pier Christiaansloot.

Eén voetstap kan een lawine veroorzaken, één e-mail een familiereünie. De e-mail komt uit Delfstrahuizen (Dolsterhuzen),  een Fries dorp gelegen op door de familie uitgeroepen Heilige Grond. In het gebied tussen Oosterzee – Gietersevaart en Echtenerbrug zijn de liefdesbanden gesmeed die tot ons bestaan hebben geleid. De paar druppels Fries bloed die we nog  in ons hebben gaan onmiddellijk brûze en siede en bûnzje troch ús iere, zodra we die contreien betreden. Dat doen we overigens niet al te vaak. De laatste pelgrimage dateert uit 1994.

(meer…)

Het huis aan de overkant

16 november 2011

Nu de bladeren gevallen zijn, staat het daar weer, groot en zwijgend: het huis aan de overkant. Het heeft een tijdje leeggestaan totdat er een jong stel was dat wonen in een prettige buurt op waarde wist te schatten en te financieren. Veel verschil maakt het niet. Er zijn bouwvakkers geweest, die de noodzakelijke verbouwingen hebben uitgevoerd. Nieuwe keuken, nieuwe badkamer, centrale verwarming, uitgebroken woonkamer. De voortuin is plat gewalst tot een strak rechthoekig gazon zonder frivoliteiten als planten en struiken, het tuinpad loopt er kaarsrecht langs. Er is een hoge haag geplant, die het huis moet afschermen van de prettige buurt, waarin het staat. Het genoegelijke gezinsleven speelt zich geheel binnenshuis af. Het huis houdt zich stil. Alleen in het weekeinde ratelt kortstondig de grasmachine, waarna de voordeur zich weer hermetisch sluit.

Iederjaar geurt de akelei in de tuin.

(meer…)

Nazomeren in Soest

4 oktober 2011

Zondagmiddagverkeer in Soest

Er zijn ook vrienden, die niet mee wandelen met ons. Dat doen de meeste vrienden niet. Maar in Soest stuiten we op een ongekende variant. Daar is de route per fiets uitgezet en later door de wederhelft nauwgezet verkend. Er kan dus niets mis gaan, zeggen ze. Het geeft de wandeling een extra lading. Stel je voor dat we toch mis lopen, afdwalen van de route en de weg moeten vragen aan een toevallige dorpeling. Dat zou pijnlijk zijn want zoiets blijft natuurlijk niet langer dan twee à drie uur verborgen, voordat zo’n vuurtje gaat lopen door het hele dorp. Dus vertrekken we met ogen op steeltjes, de beschrijving in voortdurende aanslag, de gps op scherp.

Het valt gelukkig reuze mee. Het zonovergoten Soest ligt lui en verleidelijk uitgestrekt te spinnen in de nazomerse warmte. Nauwelijks lawaai, zonnige geluiden als op de zondagmiddagen van vroeger, uitsluitend huizen van tegen het miljoen en bijpassende auto’s. We hebben de camera in de aanslag, want het moet hier wemelen van de beroemdheden. André Bolhuys (hockey), Piet Ekel (acteur), Conny Vink, Peter Koelewijn en Herman van Veen (zangtalenten), Jan Zwartkruis (oud-voetbalcoach), Pompette (agrarisch columniste), Ria Bremer, Cees van Drongelen, Wilfred Genee en Koos Postema (tv-coryfeeën), maar geen van allen laat zich zien. (meer…)

Dolen door Delfshaven

20 september 2011

Delfshaven: nog nooit geweest.

Bij bijzondere gebeurtenissen krijg je bijzondere geschenken. Ook wij. De familie en de vrienden schonken ons een dik boek vol wandelroutes, die zij voor ons hadden uitgekozen en soms zelfs hadden bedacht. Aangezien onze familie- en vriendenkring omvangrijk is kregen wij circa 600 wandelkilometers voor de kiezen. Daarvan hebben we er inmiddels zo’n 90 km achter de rug. Soms wandelen we getweeën, soms zijn er meelopers, soms worden we op het eindpunt opgewacht, maar soms ook worden we gegidst, zoals deze keer in Delfshaven. Daar zijn we in ons hele leven nog nooit geweest. Goede vriend Bram wel, die is er geboren en getogen.

(meer…)

Lübeck – wat was dat ook weer?

25 februari 2011
De Holstentor van Lübeck

De Holstentor van Lübeck

Lübeck. De naam kennen we – maar waarvan ook alweer? -, de stad niet. We gaan er een paar dagen heen. Lübeck blijkt achter Hamburg te liggen, op korte afstand van de Oostzee. Over de fameuze Autobahn is het een rit van niets; vlak land en naarmate je nadert steeds meer zilte lucht en twinkelend licht. En dan staan we voor de Holstentor van de Altstadt, fonkelend als een rode robijn.

Op de kaart ziet de binnenstad eruit als een feutus, omgeven door het vruchtwater van de Trave. Het is er even warm en knus als in de moederschoot.  En net als daar is de hoofdkleur rood.  De oude huizen en pakhuizen, de Dom en (bijna) alle kerken zijn gebouwd van rode baksteen. Baksteengotiek is de naam. Kalk- en zandsteen waren hier niet voorradig, leem daarentegen des te meer. Daarmee zijn indrukwekkende  kathedralen gebouwd, niet zo sierlijk  en krullerig als in Frankrijk, maar juist stoer en onverzettelijk, met scherpe torens, bekleed met groen uitgeslagen koper.

(meer…)

Lopen over poëzie

23 maart 2010
De Oldehove in Leeuwarden

De Oldehove in Leeuwarden

Van onze kleinzoon Gilles, drie jaar, mogen de echtgenote en ik een nachtje slapen in een hotel naar keuze. We kiezen Leeuwarden en slapen in een onderkomen waar Emma en Wilhelmina ook regelmatig overnachtten en dat door Juliana van de hand was gedaan. Het Stadhouderlijk Hof is nu een hotel, stijlvol ingericht en van veel gemakken voorzien.Voor de deur staat een glorieus standbeeld van stadhouder Willem Lodewijk ofte wel Us Heit (Onze Vader).

(meer…)